1. Bewaar de motor niet in hoge temperatuur en extreem vochtige omgevingscondities.
Plaats het niet in een omgeving waar corrosieve gassen aanwezig kunnen zijn, omdat dit een storing kan veroorzaken.
Aanbevolen omgevingscondities: temperatuur +10 ° C tot +30 ° C, relatieve vochtigheid 30% tot 95%.
Wees vooral voorzichtig met motoren die zes maanden of langer zijn opgeslagen (drie maanden of meer voor motoren met vet), omdat hun startprestaties kunnen verslechteren.
2. Fumigants en hun gassen kunnen de metalen delen van de motor verontreinigen. Als de motor- en/of verpakkingsmaterialen zoals pallets voor het product dat de motor bevat, moeten worden begonnen, mag de motor niet worden blootgesteld aan het fumigant en zijn gassen.
3. Als siliconenmaterialen die laagmoleculaire siliconenverbindingen bevatten die zich aan de commutator, borstels of andere delen van de motor hechten, zal de siliconen uiteenvallen in SiO2-, SIC- en andere componenten nadat de elektrische energie is verholpen, wat resulteert in contactweerstand neemt snel toe tussen commutator en borstels.
Daarom moet extreme voorzichtigheid worden uitgeoefend bij het gebruik van siliconenmaterialen in apparaten, en ook om te controleren of dergelijke lijmen of afdichtmaterialen geen schadelijke gassen produceren, hetzij gebruikt voor motorinstallatie of tijdens productassemblage. Men moet aandacht besteden aan de beste opties. Voorbeelden van gassen: gassen geproduceerd door cyano -lijmen en halogeengassen.
4. De omgeving en bedrijfstemperatuur zullen min of meer de prestaties en levensduur van de motor beïnvloeden. Als het weer heet en vochtig is, let dan speciale aandacht aan uw omgeving.
Posttijd: jan-10-2024